Theaterimpressie: Het Gesprek - een indringende avond in de Lindenberg
In de Lindenbergzaal was het donderdag 19 december muisstil. Het publiek luisterde geboeid naar Jurrien van Rhenen en Tirza Gevers, die hun aangrijpende docudrama Het Gesprek opvoerden. De voorstelling biedt een indringende blik op het bijstandsbeleid in Nederland, met zo nu en dan een uitstapje naar de situatie in Nijmegen. IntoNijmegen was erbij om verslag te doen van deze aangrijpende avond.
Bijstandswet: van genade naar recht
De voorstelling begint met een kort en boeiend lesje geschiedenis over de bijstand. Wetsteksten, regels en verplichtingen worden geprojecteerd. In 1965 lanceerde minister Marga Klompé, de eerste vrouw op een ministerspost, de bijstandswet. De wet markeerde een keerpunt: Werklozen, zieken, arbeidsongeschikten en gepensioneerden kregen voortaan financiële bijstand en hoefden niet langer financieel afhankelijk te zijn van familie, vrienden of liefdadigheid. Klompé’s devies was duidelijk: 'van genade naar recht'. De verzorgingsstaat was geboren.
Bijdragen aan de samenleving
In 2015 wordt de Participatiewet ingevoerd, die, onder andere, de bijstandsregeling vervangt. Die nieuwe wet bepaalt dat iedereen die kan werken een zelfstandig bestaan moet opbouwen en naar vermogen bij moet dragen aan de samenleving. Kun je niet op eigen kracht aan het werk komen dan word je ondersteund door een casemanager. Je wordt geacht cursussen te volgen en actief op zoek te gaan naar werk. Lukt het je niet om werk te vinden, dan wordt je geacht vrijwilligerswerk te doen.
Je moet je casemanager altijd onmiddellijk op de hoogte stellen van elke relevante wijziging in je persoonlijke situatie, zoals samenwonen, verhuizen, een opleiding beginnen, een gift of erfenis ontvangen, een loterij winnen. Ook moet je toestaan dat je casemanager op huisbezoek komt, je kamers inspecteert, je tandenborstels telt, je kasten doorzoekt en je bankrekening controleert.
Geen geld voor een bloemetje
Minister Marga Klompé vond dat een bloemetje op tafel erbij hoorde, ook in de bijstand. Tegenwoordig kunnen mensen met een bijstandsuitkering zich vaak geen bloemetje veroorloven. Ze komen elke maand honderden euro’s tekort. Rondkomen van een bijstandsuitkering is erg stressvol. Ongeveer 230.000 kinderen groeien in Nederland op in armoede.
Opzet houd je bij de les
De acteurs nemen het publiek mee in het leven en de gedachtewereld van de bijstandscliënt, de casemanager en de cursusleider. Ze wisselen voortdurend van rol, waardoor je als toeschouwer steeds moet schakelen. Deze opzet houd je alert. De dialogen zijn levensecht en de acteurs weten de innerlijke wereld van hun personages – de twijfels, het ongemak, de ergernis en de vernedering – overtuigend over te brengen. Als toeschouwer voel je de stress en vernedering van de cliënt, maar ook de worstelingen van de casemanager worden voelbaar.
Paniek in de ogen
Knap zijn de levensechte dialogen. De casemanager vriendelijk maar beslist: “Ik vraag je gedetailleerde informatie om je beter te kunnen helpen. De uitkering is een tijdelijke overbrugging, tot je werk gevonden hebt. Daarom ga ik je aanmelden voor een cursus solliciteren. Die cursus duurt tien weken, op de donderdagochtend.” De bijstandsgerechtigde reageert onzeker, gestrest, bang om zijn uitkering te verliezen.
De cursusleider vraagt met voorgewende belangstelling naar de droombaan van de client. Zegt daarop: "Je bent hier niet voor je droombaan, maar voor je broodbaan."
De casemanager komt op onverwacht op huisbezoek, na een melding bij de kliklijn. "Wil je de kast opendoen en de schoenen eruit halen?" Ze ziet de paniek in de ogen van haar cliënt. “Ik zie schoenen in verschillende maten en in de badkamer verschillende tandenborstels. Ik stel vast dat je een gezamenlijke huishouding voert en zal de uitkering moeten stopzetten."
Schuiven met bankjes
De opstelling op de speelvloer versterkt het gevoel van betrokkenheid. IJzig witte, ongemakkelijke bankjes, waar een deel van het publiek op heeft plaatsgenomen worden door de acteurs verschoven om de verschillende situaties uit te beelden. Naast elkaar zitten, geduldig wachtend op een gesprek. Tegenover elkaar zitten, om de ongemakkelijke situatie in de spreekkamer uit te beelden. Deze spreekkamertjes zijn ‘hufterproof’ met een tafel van muur tot muur als blokkade en een stang erboven, zodat niemand er zomaar overheen kan springen.
Publieksinbreng
Aan het eind van de voorstelling laten de acteurs het publiek aan het woord. Een vrouw vertelt over haar angst voor huisbezoek. De vader van haar zoontje komt soms langs, en in paniek verstopt ze zijn schoenen, bang voor onverwacht bezoek van haar casemanager. Dit leverde haar continu stress op. De angst om gekort te worden op de uitkering is groot als je niet doet wat de ambtenaar vraagt. Gelukkig is ze nu uit de bijstand.
Een tolk herkent de stress die mensen ervaren en vertelt over een huisbezoek om vijf uur in de ochtend: "Dan is het moeilijk om neutraal te blijven als tolk." Het publiek is verbaasd te horen dat ook Nijmegen een kliklijn heeft voor meldingen van uitkeringsfraude. Zou het niet beter zijn om die kliklijn te sluiten?
Jurrien van Rhenen en Tirza Gevers spraken met uitkeringsgerechtigden, ambtenaren, activisten, gemeenteraadsleden, medewerkers van welzijnsorganisaties en juristen over hun ervaringen met het bijstandsbeleid. Op basis van die gesprekken schreven zij de voorstelling Het Gesprek. Als publiek ben je getuige van situaties zoals die zich in de bijstand voordoen. Als toeschouwer ervaar je persoonlijk dat het bijstandsbeleid berust op wantrouwen. De voorstelling maakt invoelbaar wat het effect hiervan is op uitkeringsgerechtigden. Knap gedaan!