Canon van Nijmegen: Kleurrijke stad - Gastarbeid, gezinshereniging en asielzoekers

In augustus 1961 kwamen 33 Griekse mannen aan op het station in Nijmegen. Als tijdelijke ‘gastarbeiders’ zouden ze gaan werken in de kunstzijdespinnerij Nyma. Zij werden met open armen ontvangen, want de behoefte aan extra arbeidskrachten was groot. In 1965 werkten al meer dan 600 gastarbeiders in Nijmegen.

Van de ruim 130.000 inwoners die Nijmegen in 1960 telde, was vijf procent geboren in het buitenland. Onder hen waren vooral veel Duitsers. Ook woonden hier sinds de jaren vijftig grote aantallen mensen uit het voormalige Nederlands-Indië. 


Italiaanse gastarbeiders in de Honigfabriek, 1962

 

In de jaren zestig en zeventig nam het aantal buitenlanders toe en waren zij steeds vaker afkomstig uit mediterrane landen. Er kwamen Grieken, Spanjaarden en Italianen, wat later gevolgd door Turken en Marokkanen. Aanvankelijk ging het vooral om alleenstaande jonge mannen, die werden ingezet als ongeschoolde productiemedewerkers in fabrieken als ASW, Philips en Dobbelman, en ook wel in de slachterijen in Cuijk. De mannen werden gehuisvest in pensions, veelal gelegen in de wijk Bottendaal waar voldoende grote – en verwaarloosde – panden te vinden waren. Voor opvang, ondersteuning en sociale contacten konden zij terecht bij de Stichting voor Buitenlandse Werknemers in de Pontanusstraat. Hier was ook een kleine gebedsruimte ingericht.

Economische crisis

Toen het economisch tij in de loop van de jaren zeventig begon te keren en bedrijven moesten inkrimpen of sluiten, werden in Nijmegen, net als elders in Nederland, steeds meer gastarbeiders ontslagen. Vooral in de jaren tachtig werden zij geconfronteerd met grote en hardnekkige werkloosheid. Intussen hadden veel Turkse en Marokkaanse arbeiders hun gezinnen laten overkomen. Daarmee kreeg hun verblijf een meer permanent karakter. Met ingezameld geld kochten Turken en Marokkanen gezamenlijk een oude limonadefabriek aan de Vondelstraat, waar zij een moskee openden.


Opening Moskee aan de Vondelstraat, 1979

 

Vanwege taalverschillen met de Turken stichtten Marokkanen later nog twee eigen moskeeën: aan de Graafseweg en aan de Pastoor Zegersstraat. In 1992 werd bovendien een islamitische basissschool geopend: Abi Bakr, aan de Waldeck Pyrmontsingel. Marokkaanse en Turkse winkels verschenen in het Nijmeegse straatbeeld.

Nieuwe Nijmegenaren 

Rond de eeuwwisseling was elf procent van de Nijmeegse bevolking geboren buiten Nederland. Wanneer we ook de tweede generatie meetellen was dat zelfs 22 procent. Deze ‘nieuwe Nijmegenaren’ kwamen niet alleen uit de mediterrane landen. Nog steeds vormden Duitsers de grootste groep. In de jaren zeventig en tachtig hadden zich ook Surinamers en Antillianen in de stad gevestigd. En vanaf de jaren negentig telde Nijmegen ook steeds meer asielzoekers, vooral uit Irak en uit Afrikaanse landen. Aanvankelijk werden zij ondergebracht op een boot, maar in 1998 konden voor hen gebouwen worden ingericht van de Prins Hendrikkazerne op het Limosterrein.

Dit vind je misschien ook leuk...