Canon van Nijmegen: Vierdaagse – Sportiviteit en gastvrijheid
Nijmegen bulkt van de historische verhalen. Over kopstukken en gewone lieden, wijken en politieke gebeurtenissen. In de Canon van Nijmegen zijn de belangrijkste verhalen over Nijmegen geselecteerd. De derde week van juli, met daarin de Vierdaagse, werd in de loop van de twintigste eeuw een vast onderdeel van de Nijmeegse kalender. Dit was hét moment waarop de bevolking zich van haar beste kant kon tonen: gastvrij, ruimhartig en blijmoedig.
Het begin
De oorsprong van de ‘Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen’ ligt in sportdagen voor legeronderdelen die in de jaren 1904-1908 her en der in het land werden gehouden. Het doel daarvan was de verbetering van de fysieke conditie van dienstplichtige soldaten. In 1909 begon de (later Koninklijke) Bond voor Lichamelijke Opvoeding met de organisatie van vierdaagse afstandsmarsen, vertrekkend vanuit minstens tien plaatsen in Nederland. Dat eerste jaar deden 306 wandelaars mee, overwegend militairen. In 1912 deden de wandelaars voor het eerst Nijmegen aan als overnachtingsplaats. Dankzij de betoonde gastvrijheid in de Prins Hendrikkazerne werd de stad nadien geregeld door het wandelevenement bezocht. In 1925 kwam de Vierdaagse definitief naar Nijmegen. In die tijd stond dat overigens nog niet vast.
De militairen van het 5e Regiment Infanterie die deelnamen aan de 1e Vierdaagse, 1909
Internationale deelnemers
Zo rond 1930, kort nadat de Vierdaagse in 1928 voor het eerst ook wandelaars uit andere landen was gaan trekken – er deden Duitsers, Britten, Noren en een Fransman mee –, trachtten andere steden het evenement binnen te halen. Maar de Vierdaagse bleef in Nijmegen vanwege de bewezen gastvrijheid en de uniek gevarieerde wandelomgeving: Betuwe, Ooijpolder, Beek- Ubbergen, Berg en Dal, Groesbeek, Mookerheide en het Land van Maas en Waal.
Geen wedstrijd
In 1937 namen meer dan vierduizend wandelaars deel. Van afstandsmarsen voor en door militairen was de Vierdaagse langzamerhand een wandelevenement geworden, georganiseerd door een burgerlijke vereniging, waaraan ook militairen deelnamen. Kenmerkend voor de Vierdaagse was en is het ontbreken van een wedstrijdelement. De belangrijkste doelstellingen waren het stimuleren van bewegen, bij voorkeur in prettige sfeer, en het door oefening verhogen van het weerstandsvermogen van de wandelaars. Na de oorlog bleef het aantal wandelaars gestaag stijgen.
Burgerwandelaars tijdens de Vierdaagse, 1925
De Vierdaagsestad
Aan het eind van de jaren zestig werden zo’n 15.000 wandelaars geteld. Sindsdien is het aantal deelnemers ieder decennium met 10.000 toegenomen, tot in de huidige tijd met 45.000 de bovengrens werd bereikt. De wandelaars, die uit alle windstreken komen, worden elk jaar ondergebracht in scholen, openbare gebouwen en bij particulieren. Nijmegen is inmiddels lang en breed Vierdaagsestad bij uitstek geworden.
Duik in de geschiedenis van de oudste stad van Nederland. Want Nijmegen heeft veel verhalen te vertellen. Benieuwd? Je leest het allemaal in de historische tijdlijn.