Openbare kunst in Nijmegen: De Nijmeegse Kaaisjouwer - een eerbetoon aan het havenberoep
Het beeld van de Nijmeegse Kaaisjouwer, een initiatief van Stichting de Nijmeegse Kaaisjouwer, is een eerbetoon aan een van de zwaarste beroepen die Nijmegen heeft gekend. De sculptuur van de Nijmeegse kunstenares Margriet Hovens is een bijdrage aan de rehabilitatie van de havenarbeiders die honderden jaren hebben bestaan. Na een lang, arbeidsintensief proces van ups en downs zijn zij er samen in geslaagd om het beeld te realiseren en zo het verhaal van de Kaaisjouwer blijvend te vertellen. We spraken Gerard Alofs, voorzitter van Stichting de Nijmeegse Kaaisjouwer, over dit proces en het uiteindelijke resultaat.
Als directeur van het voormalig Museum de Stratenmakerstoren (sinds 2015 De Bastei) kwam historicus Gerard Alofs in contact met de geschiedenis van de kaaisjouwer via de tentoonstelling 'De Kaaisjouwer - Een hard leven aan de Waal' geïnitieerd door de Nijmeegse schrijver Frank Antonie van Alphen in 2011. Alofs en Van Alphen ontwikkelde een succesvolle expositie, waarover ook een boek verscheen. “Daarna verdween het verhaal weer uit het zicht. Daarom dachten we: hoe kunnen we dat vasthouden?” vertelt Alofs. “Zo ontstond het idee om een standbeeld te maken om de geschiedenis van de Nijmeegse kaaisjouwers blijvend onder de aandacht te brengen”.
Meer dan een vluchtig idee
De zoektocht naar een geschikte kunstenaar begon. “We wilden iemand uit de regio. Zo kwamen we bij Margriet Hovens ” zegt Alofs. In het informatieve boekje dat tijdens de ontwikkeling van het beeld verscheen, schrijft Hovens er zelf over: “Toen ik werd gevraagd een monumentaal beeld te maken voor de Nijmeegse Kaaisjouwer, zag ik een kans om een droom waar te maken.” De kans om op monumentale schaal te mogen werken aan een intiem beeld dat de nagedachtenis van de arbeiders en verschoppelingen uit de 19e eeuwse Nijmeegse benedenstad levend moet houden, sprak haar als realistisch beeldhouwer ontzettend aan. “Een standbeeld staat voor iets. Een iets dat meer is dan een oppervlakkig of vluchtig idee” aldus Hovens.
Met een kleine subsidie van de Gemeente Nijmegen werden de eerste stappen richting de realisatie van het beeld gezet. In het voorjaar van 2018 werd Stichting de Nijmeegse Kaaisjouwer in het leven geroepen. “Vanaf dat moment begon het een stuk soepeler te lopen” vertelt Alofs. “Nu konden we mensen enthousiast krijgen.” Dit veranderde al gauw toen de stichting in aanraking kwam met Willie Verberck, ondernemer en voorzitter van Aqualink. Met zijn contacten in de nautische wereld kreeg hij het voor elkaar om bijna twintig bedrijven enthousiast te maken voor het project. “Zo begaven we ons op elkaar gebied en groeide het heel hard” zegt Alofs. Daarnaast kreeg de stichting subsidie van diverse fondsen, zoals het Prins Bernard Cultuurfonds. “Het werd daarmee een prachtige combinatie van enerzijds de bijdragen uit het bedrijfsleven en anderzijds vanuit fondsen, overheden en particulieren.”
De kade, de kroeg, de keuken
De kaaisjouwers waren een groep mannen die vanaf de eerste helft van de 20e eeuw schepen aan de Waalkade, in de Lindenberghaven en Waalhaven laadden en losten. De zakken met goederen die ze droegen waren ongelooflijk zwaar. “Het lijkt misschien niet zo als je naar het beeld kijkt, omdat de man rechtop staat. Maar als je naar de historische foto's kijkt, zie je dat de mannen daadwerkelijk rechtop liepen” vertelt Alofs. “Als deze mannen met zulke zware tassen voorovergebogen liepen, zouden hun ruggen in een mum van tijd naar de knoppen zijn gegaan.”
Van Alphen schrijft in de informatieve uitgave van Stichting de Kaaisjouwer hoe dat in zijn werk ging: “Zakken met bijvoorbeeld kolen of graan werden volgeschept, uit het ruim van het schip getild, op de rug gehesen en over een bevend smal loopplankje richting wal terug gedragen.” Het legen van een schip gebeurde in beurten. Was er niet een paard en wagen die de goederen naar hun bestemming konden vervoeren, dan moesten de kaaisjouwers de zakken op hun rug naar het pakhuis dragen dat soms kilometers ver weg was. “Het was ontzettend zwaar werk” bevestigt Alofs. “En het werk is doorgegaan tot de Waalbrug in 1936 werd gebouwd.”
De kaaisjouwers waren een bevolkingsgroep waar erg op werd neergekeken. “Ze werden gezien als ‘schorrie morrie’ en telden in de samenleving niet mee” zegt Alofs. “De mannen werkten hier aan de kade, gingen vervolgens naar de kroeg en in de keuken was er niks te vinden.” Er ontstond een eigen cultuur bij de kaaisjouwers van de benedenstad. “Een hechte gemeenschap die niets moest hebben van politie, bovenstadters en buitenstaanders” schrijft van Alphen. “Zo ontstond een aparte mentaliteit met een apart spraakgebruik en geheel eigen gedragsnormen: die van de Kaaisjouwer, vriend van de schipper.”
Het ambachtelijke maakproces
“De vorm van het beeld werd snel gevonden en in conceptvorm was het al duidelijk dat het een fors beeld zou moeten worden” vertelt Alofs. Zo werd al in de beginfase vastgesteld dat het beeld maar liefst drie meter hoog zou worden. “Het formaat van het beeld en de vorm daarvan stelde hoge eisen aan de kwaliteit van het gietsel” schrijft Hovens. Zo bestond het maakproces van het aluminium beeld uit drie periodes: wasmodellen, een kleien beeld en de gipsen mallen waar het beeld in kon worden gegoten. Het gieten vond plaats in cultuurspinnerij de Vasim onder begeleiding van meestergieter Daan van Neerven. “We zijn er bij geweest toen ze het laatste stukje gegoten werd” vertelt Alofs. “Het is zwaar, massief en nauwkeurig werk.”
Het beeld is van aluminium, en dat is niet zomaar een keuze. “Het leek me mooi om een lichtende figuur uit de mist te zien opdoemen op dagen dat de lucht en het water van de Waal even grijs lijken” schrijft Hovens. Ook Alofs stond volledig achter deze keuze. “Aluminium gaat een spel met het water aan. Dat doet brons bijvoorbeeld niet. Het beeld staat toch op een plaats waar het bijvoorbeeld vaak slecht weer is, maar zo blijft het goed zichtbaar.”
In 2016 opperde Stichting de Kaaisjouwer het idee om het beeld van de Kaaisjouwer een gezicht te geven van een Nijmegenaar om “het idee van de Kaaisjouwer en het beeld van deze robuuste verschijning nauwer te verbinden met de Nijmeegse bevolking,” schrijft Alofs. Zo heeft de stichting een oproep gedaan aan alle Nijmeegse mannen die zich hierin konden vinden om een foto van hun gezicht op te sturen. De kunstenares Hovens koos het gezicht van Frank Brink, geboren en woonachtig in Nijmegen. “Dat vond ze wel een stoere kop” vertelt Alofs. “Als je Frank ziet, herken je hem er zo uit. Die vond dat wel confronterend, maar hij is er inmiddels aan gewend geraakt.”
Van de geschiedenis leren
Het beeld werd op 3 september 2020 onthuld tijdens een feestelijke onthulling waarbij burgemeester Hubert Bruls aanwezig was. “Het beeld is een soort eerbetoon, een rehabilitatie. Deze mannen mogen niet vergeten worden” vertelt Alofs. “Zij hebben bijgedragen aan de welvaart van de stad, maar profiteerden er zelf niet van.”
Nu het beeld staat, wordt Stichting de Kaaisjouwer opgeheven. Het beeld is nu eigendom van Gemeente Nijmegen. In de toekomst hoopt Alofs nog op een informatief bord waarop meer te lezen is over de kaaisjouwers van Nijmegen. “Van geschiedenis kun je leren” zegt hij ten slotte. “Daarnaast is het beeld ook wel passend voor deze tijd. Een tijd waarin de wereld met tegenslagen te maken heeft en alles niet zo vanzelfsprekend meer is, maar waar nog wel hoop is.”
Bezoek het beeld op de Waalkade, vlak bij de Waalbrug.
Fotografie: Henk Beenen