Oliebollen, appelbeignets en ander lekkers van Denies

| Juliette Huisman

Al lijkt 2025 nu nog ver weg, bij de kraam van Denies liggen de oliebollen al klaar. Zelfs op een koude donderdagmiddag laat in november, waren er genoeg mensen die tóch al even stopten om een oliebol of appelbeignet mee te nemen.

“Wat je veel merkt in deze voordagen is dat mensen een keertje langskomen om te proeven”, zegt Buck Denies nadat hij alweer zijn vijfde klant heeft geholpen. “Gelukkig mogen we daarna veel van die mensen ook verwelkomen voor wat meer oliebolletjes tegelijk.”

Bekende gezichten

Door de jaren heen hebben ze bij dit familiebedrijf al heel wat oliebollen verkocht. Sinds 1880 zijn ze te vinden in Nijmegen gedurende de donkere maanden van het jaar. “Ik ben de vijfde generatie”, vertelt Buck trots. “Ik ben op deze plek opgegroeid en ik heb oliebollen leren bakken van mijn vader”, zegt Buck nadat hij even een praatje heeft gemaakt met een kennis van de familie. “De mensen die van oudsher bij mijn vader kwamen, daar zijn er ook veel van die nog bij mij komen. Inmiddels zijn er ook veel nieuwe mensen, dus ik heb hier jaarlijks wel meerderen die ik eens of vaker in de week zie.”

Nijmeegse ambacht

Het recept van de bekroonde oliebol is altijd in de familie gebleven, “maar we zijn wel met onze tijd meegegaan. Waar mijn opa bijvoorbeeld vroeger nog de losse zakken meel en de losse suiker, gist en het zout allemaal zelf samenvoegde, hebben wij nu een mix ontwikkeld”, legt Buck uit. Dit zorgt ervoor dat het bakken van de honderden oliebollen iets makkelijker wordt, maar zorgt er ook voor dat 'we de consistentie en de kwaliteit kunnen waarborgen'. “Maar ik denk dat mensen nog steeds wel aan onze oliebollen kunnen proeven dat het onze oliebollen zijn, in dat opzicht is er niet heel veel veranderd.”

De smaak van hun oliebollen en andere producten is net zo Nijmeegs als de baksels zelf. “Wij proberen zoveel mogelijk plaatselijke producten te gebruiken”, zegt Buck terwijl hij met zijn hoofd naar de appelbeignets voor hem wijst. “De appels halen wij bij een plaatselijke boer hier uit Slijk-Ewijk; hetzelfde geldt ook voor de kersen. Daarmee kunnen we natuurlijk de plaatselijke economie een beetje steunen en het is een mooi verhaal om dat allemaal een beetje regionaal te kunnen houden.”

Het valt in de smaak

Op de vraag wat het populairste is, antwoordt Buck met enige twijfel: “Dat zou toch de naturel oliebol zijn, denk ik.” Heel krenterig zijn we hier in Nijmegen toch niet. “Nou moet ik zeggen dat dat wel een beetje bij aan het trekken is, hoor. Vroeger was dat écht veel meer de naturel oliebol. Mensen zijn tegenwoordig toch wel meer bezig met verrijking.”

Die verrijking ziet hij ook terug in de trends van de afgelopen jaren. “Je hebt tegenwoordig een beetje de hype dat alles of op een frikandel of op een oliebol geplant wordt om maar een beetje attentiewaarde te creëren”, zegt Buck, “maar ik heb nooit zo de noodzaak gevoeld om daarin mee te gaan. Ik doe graag de dingen die ik doe heel goed.”

Buck zal dan ook niet snel gaan stunten met weekacties of groot reclame maken, ook al zijn zijn oliebollen meerdere keren in Nijmegen als beste uit de test gekomen. “Maar dat zullen wij niet zo heel groot adverteren”, legt Buck uit. “Ik ben vooral gewoon heel trots op de naam en het product dat wij bieden. En dat dat jaar in jaar uit toch maar weer voor heel veel klandizie zorgt.”

Drukke tijd

“Oud en nieuw is onze allerdrukste dag. Dan staan mensen echt tot aan de overkant.” Waar sommige mensen dit als voornemen voor het nieuwe jaar doen, eindigt Buck elk jaar met een marathon: “We beginnen ’s ochtends de 30ste rond een uur of 6 en ik ga ‘s avonds de 31ste pas weer dicht. Rond die tijd gaan we gewoon dag en nacht door om aan alle bestellingen te voldoen.”

Dat de oliebollen geliefd zijn, daar valt niet aan te twijfelen. Nijmegenaren kunnen soms niet zonder, zelfs als ze rond oudjaarsavond niet in de buurt zijn. “Ik heb hier al een aantal mensen gehad”, vertelt Buck met een lachje, “die dan toch elders onze oliebollen willen eten tijdens oud en nieuw. Zijn wel tot Australië, Oostenrijk, Frankrijk, alle kanten op eigenlijk, meegenomen.”

Tips van de kenner

Als je die lekkernijen dan nog wil opwarmen, daar heeft Buck wel een paar tips voor. Laat de magnetron maar staan, want 'dan blijven ze niet knapperig'. “Verwarm de oliebollen in een voorverwarmde oven op 150 °C, voor een minuutje of 5-6. Dan ben je al vaak een eind. De airfryer zou ik meteen op 180 °C zetten, maar dan niet voorverwarmen. Na een minuutje of anderhalf, ben je al een heel eind. Het gaat snel te hard.” Appelbeignets warm je het liefste even op in de pan of in de oven. Hoe dat moet, staat op de zak van Denies!

Toch, vers blijven ze altijd het lekkerst. Als je zeker wil zijn van een zak oliebollen, “dan kunnen ze die op tijd aan de kraam komen bestellen”. Dan hoef je ook niet in de rij te wachten, “met het bestelbonnetje gewoon even langs piepen en dan staat de bestelling klaar”!

Benieuwd naar waar je de oliebollenkramen van Denies kan vinden? Bekijk hier de standplaatsen en openingstijden.​ Meer informatie vind je op de website: deniesfriet.nl/oliebollen


Fotografie: Toon de Vos

Dit vind je misschien ook leuk...