
Concertimpressie: Percussionist Dirk Rothbrust en de klank van materie
Wat een uitzonderlijk concert, daar in Galerie Marzee! Percussionist Dirk Rothbrust, lid van het gerenommeerde ensemble MusikFabrik en een ware ritme- en toonkunstenaar, weet aan elk stukje materie unieke klanken te ontlokken.
Het is zondagmiddag 9 maart 2025. Voor het publiek staat een zes meter lange, indrukwekkende opstelling van spullen klaar. Naast enkele traditionele slagwerkinstrumenten omvat deze uitstalling allerlei andere objecten, van bloempotten tot (huishoud)borstels. Tijdens het concert beweegt Rothbrust zich behoedzaam tussen de verschillende delen van deze fascinerende collectie (‘muziek’)instrumenten.
Materie tot klank verleid
De opstelling bevat enkele herkenbare percussie-instrumenten zoals een drumstel, een pauk en grote triangels. Maar allerlei onverwachte klankbronnen overheersen: van keramische platen, een speelgoedpianootje, bloempotten en een flinke kei tot planten aan toe, om er slechts enkele te noemen. Microfoons maken zelfs de meest subtiele tonen en klankkleuren van de ‘bespeelde’ planten hoorbaar. Vanuit zijn overtuiging – "Een percussionist kan bijna alles laten resoneren en door experimenteren de kwaliteit van die klanken verfijnen" – weet Rothbrust letterlijk elk stukje materie tot klank te verleiden.

Klank en expressie verweven
Rothbrust opent het concert achter een drumstel, zacht neuriënd – een diep “oem” dat als een sonore ondertoon onder zijn spel ligt. Zijn handen bewegen over bekkens en hi-hats (twee op elkaar geplaatste bekkens), die verrassend fragiel klinken. Geleidelijk voegt hij de basdrum en trommels toe, zijn gezicht telkens uitdrukking gevend aan veranderingen in de muziek: ernstig en geconcentreerd, dan weer verbaasd of speels opgewekt. Zijn expressie weerspiegelt niet alleen de klanken, maar ook het experiment en de ontdekking in het binnenste van elk geluid.
Muziek voor een kei en bloempotten
In Rondo de facto (Mazyar Kashian, 2020), een compositie "voor een kiezelsteen", speelt Rothbrust op een forse kei. Met korte stokken met houten tips trommelt hij erop, waardoor droge, doffe tikken klinken, zonder resonantie of nagalm. “Opmerkelijk is”, zo licht hij toe, “dat het niet de steen is die de klank voortbrengt, maar de tip van de stok die hem raakt”. Soms lijkt het alsof de kei een dialoog voert: ritmische vraag- en antwoordpatronen ontstaan, en soms samenspraak – speels en onvoorspelbaar. Op een zeker moment vliegt een van de stokken uit zijn hand, maar zonder ook maar een seconde te aarzelen, speelt routinier Rothbrust onverstoorbaar door – stokken genoeg.
Later in het concert volgt To the Earth (Frederic Rzewski, 1991), geschreven voor "een sprekende slagwerker met vier bloempotten". Rothbrust bespeelt vier zorgvuldig uitgekozen terracotta bloempotten, die samen een door de componist samengesteld klankpalet vormen, met toonintervallen en patronen die aan gamelanmuziek doen denken. Hij vertelt hoe bijzonder het was om in een drukke bouwmarkt, gewapend met een stemvork, een rij bloempotten voor zich uit te stallen en daar vervolgens eindeloos op te tikken totdat hij vier exemplaren met de juiste intervallen had gevonden. Terwijl de percussionist de bloempotten bespeelt, reciteert hij een gedicht, een lofzang op Moeder Aarde. Niet het publiek toesprekend, maar als een innerlijke overpeinzing, meditatief en geconcentreerd. Toch is hij zich bewust van zijn toeschouwers: af en toe kijkt hij op, zich subtiel verbindend met zijn omgeving.
De klank van alledaagse objecten
De manier waarop Rothbrust klanken ontlokt aan alledaagse objecten is ronduit fascinerend. De pauk gebruikt hij hier als klankbord: objecten zoals keramische tegels en een speelgoedpiano liggen op het paukenvel, dat als een klankbord het geluid versterkt en de klankkleur verandert. Ook gebruikt hij ongebruikelijke attributen – glazen schijfjes, borstels, een bezemveger – om de pauk op onverwachte manieren te laten zingen. Teder bedient hij het voetpedaal, waardoor glissando’s en subtiele klankkleurveranderingen ontstaan.
Een van de meest betoverende momenten is het geluid van twee grote glazen bloempotten (onderdeel van Dust, Rebecca Saunders, 2017/18). Rothbrust wrijft met de rubberen tips van drumsticks over de randen, waardoor een mysterieuze, sonore klank ontstaat, vergelijkbaar met het tot zingen brengen van wijnglazen. Zodra hij een snare drum (kleine trom met meetrillende snaren) dicht bij de bloempotten houdt, beginnen de snaren te resoneren en trilt het trommelvel van de snare drum nauwelijks hoorbaar mee. Door zijn drums te bewegen, creëert Rothbrust subtiele klankkleurwisselingen.

Speelse afsluiting
Rothbrust sluit het concert af op het drumstel met wat hij treffend en met een knipoog zijn ‘Rausschmeißer’ noemt (Yesod, Sarah Nemtsov, 2024). Soms lijkt hij een conventionele jazzsolo te spelen, maar net wanneer je dat verwacht, doorbreekt hij het patroon met het gerammel van frisdrankblikjes, het geknisper van noppenfolie of andere onverwachte geluiden – het is een compositie voor een ‘prepared’ drumstel. De scheidslijn tussen muziek en geluid vervaagt voortdurend, en dat maakt deze afsluiting net zo verrassend als het totale concert.
Een onvergetelijke ervaring
Alles bij elkaar is dit een indrukwekkend concert in de reeks, georganiseerd door Moderne Muziek Nijmegen. Rothbrust toont zich niet alleen een virtuoze slagwerker, maar vooral een meester in klankonderzoek. Hij laat horen hoe alledaagse objecten muziek kunnen worden, hoe resonantie en textuur de essentie van percussie vormen, en hoe experimenteren leidt tot een fascinerende, onvergetelijke ervaring.
Ben jij beniewd naar Galerie Marzee en hun evenementen? Check dan hun website. Meer informatie over Moderne Muziek Nijmegen lees je in ons interview of vind je op modernemuziek.nl.
Fotografie: Toon de Vos