Geschiedenis van de Vrede van Nijmegen
De vredesverdragen van Nijmegen kunnen worden gezien als een van de eerste vormen van Europese overeenstemming en samenwerking. Deze vredesverdragen waren een van de eerste pogingen om vrede op Europese schaal te bereiken. De belangrijkste les die de Verdragen van Nijmegen ons kunnen leren, is dat discussie, dialoog en wederzijds respect kunnen leiden tot Europese vrede en verdraagzaamheid. Dit is wat de gemeente Nijmegen, de Radboud Universiteit en Royal Haskoning, samen met het ministerie van Buitenlandse Zaken, heeft geïnspireerd tot het tweejaarlijks uitreiken van een Vrede van Nijmegen Penning. De medaille wordt uitgereikt aan een persoon of organisatie die zich op bijzondere wijze heeft ingezet voor vrede, welvaart en verdraagzaamheid in Europa.
In 1672 viel een coalitie bestaande uit Engeland, Frankrijk, Keulen en Münster de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden binnen. Dit "rampjaar" betekende het einde van de periode van economische expansie. In 1675 wilden de strijdende partijen een stad kiezen waar een vredesverdrag kon worden getekend om een einde te maken aan de verschillende oorlogen die in Europa woedden. De Engelse troon koos Nijmegen.
Van 1676 tot 1679 werd in Nijmegen onderhandeld over de verdragen. De term "Vredeverdrag van Nijmegen" verwijst in een internationale context naar een reeks met elkaar samenhangende verdragen ter beëindiging van de Frans-Nederlandse oorlog, die in 1678 en 1679 in Nijmegen werden ondertekend.
11 augustus 1678: het verdrag tussen Frankrijk en de Republiek
17 september 1678, tussen Frankrijk en Spanje
5 februari 1679, tussen Frankrijk/Zweden en het Heilige Roomse Rijk
19 maart 1679, tussen Zweden en het prins-bisdom Münster
2 oktober 1679, tussen Zweden en de Republiek der Nederlanden
In het laatste kwart van de zeventiende eeuw was Nijmegen dus even het politieke centrum van Europa. De verdragen maakten een einde aan een lange periode van strijd over de verdeling van macht en land in Europa en de vrede is een van de bepalende momenten in de Europese geschiedenis. In die tijd was Nijmegen een kleine garnizoensstad met ongeveer 20.000 inwoners. Het werd gekozen als onderhandelingsplaats vanwege zijn centrale ligging op neutraal grondgebied.
De komst van de delegaties van de verschillende Europese mogendheden had een enorme impact op de stad. De ambassadeurs en hun gevolg werden binnen de stadsmuren ondergebracht. Zij waren vaak zeer veeleisend over de plaatsen waar zij verbleven en waar de onderhandelingen plaatsvonden; er werd van hen verwacht dat zij hun eminente positie en de status van de besprekingen weerspiegelden. De gegoede Nijmeegse elite stelde haar huizen ter beschikking, kunstenaars uit binnen- en buitenland kwamen naar de stad om te profiteren van de opdrachten die er te krijgen waren en zelfs het stadsbestuur deed een duit in het zakje.
Nog steeds worden in Nijmegen voorwerpen en kunstwerken gevonden die uit deze bijzondere periode in de geschiedenis stammen. Museum Het Valkhof heeft zelfs een speciale zaal waar exquise wandtapijten, de schilderijen van Gascard (een Franse hofschilder) en andere kunstvoorwerpen te zien zijn.